Een heel erg enge gang van zaken
Het verhaal van hoe de externe economische wetenschappers een rol hebben
gespeeld bij mijn ontslag bij het CPB, is heel erg eng.
De gang van zaken is als volgt:
-
Als medewerker van het CPB met een wetenschappelijke aanstelling kom ik
een wetenschappelijk-ethisch probleem tegen.
-
Er blijken intern geen middelen om dat op een goede manier aan te pakken.
-
Ik zie mij gedwongen om het probleem extern aan de orde te stellen.
-
Ik ben lid van de werkgemeenschap Algemene Economie van ECOZOEK, en in
feite is dit mijn enige goede forum / contactplaats met de externe collega's.
-
Ik bereid mij voor om het punt aan de orde te stellen aan het einde van
de vergadering van 17 mei 1991, bij het punt "wat verder ter tafel komt"
(w.v.t.t.k.).
-
Bij punt 3 van de agenda is de samenstelling van de bestuurscommissie van
de werkgemeenschap aan de orde. Namen zijn vooraf niet aangekondigd. Tot
mijn verrassing stelt de voorzitter voor dat Zalm lid wordt van de bestuurscommissie.
-
Ik kan moeilijk de bemoeienis van de werkgemeenschap en zijn bestuur t.a.v.
het CPB vragen, wanneer Zalm in het bestuur zit dat het CPB zou moeten
onderzoeken. Ik voel me overvallen, maar zie me ook gedwongen om dit punt
aan de vergadering voor te leggen.
-
De vergadering en de voorzitter, Den Butter, voelen zich, begrijpelijkerwijs,
ook overvallen door de gebeurtenissen.
-
Er ontstaat een wat warrige situatie. Den Butter blijkt vast te willen
houden aan de benoeming, anderen aarzelen, er volgt een stemming, die door
het grote aantal onthoudingen weinig helderheid verschaft.
-
Wanneer ik dan, bij w.v.t.t.k., mijn punt aan de orde stel, is er geen
adequate reactie.
-
Ik word op 12 juni bij de onderdirecteur Den Hartog geroepen, en mij wordt
ontslag aangezegd. Ik zou de integriteit van de directeur openlijk in twijfel
hebben getrokken. Ik bestrijd dat. Ook al worden mij geen bewijzen gegeven,
en spreken we af dat ik e.e.a. met Den Butter opneem, het ontslag blijft
in stand.
-
Ik bel met Den Butter, en schrijf een lange
brief aan ECOZOEK. Den Butter antwoordt met een brief aan Zalm, in
kopie aan mij. Er zijn bijlagen van getuigen. Aldus is er:
-
Brief van Den Butter aan Cool, 26 juni
1991
-
Kopie brief Den Butter aan Zalm, 26
juni 1991
-
Bijlage: deel uit brief Cool aan ECOZOEK,
17 juni 1991
-
Bijlage: brief Theeuwes aan Den Butter,
21 juni 1991
-
Bijlage: brief Van de Stadt aan Den
Butter, 21 juni 1991
-
Zie mijn commentaar t.a.v. dit geheel
-
Zie wat ik erover schreef in Trias Politica &
Centraal Planbureau 1994
-
Zie vervolgens de kroniek, dat ECOZOEK / NWO verder niets
deed. Ondanks de rare stemuitslag werd Zalm in de bestuurscommissie
benoemd, ik werd ontslagen, en externe collega's hadden verder weinig belangstelling.
-
De lezer moet weten dat Den Butter destijds een naaste collega was van
Zalm, aan de Vrije Universiteit. Mogelijkerwijs heeft deze relatie Den
Butter ertoe gebracht te denken dat hij goed op de hoogte was van de situatie.
Ik van mijn kant heb niet gemerkt dat Den Butter een poging heeft gedaan
de schijn van belangenvermenging te vermijden.
Hij richt zijn brief (VU briefpapier) aan Zalm weliswaar in diens capaciteit
als 'lid van de werkgemeenschap', maar aan het adres op het CPB, (a) zodat
het niet in het postvakje van de VU komt te liggen (hetgeen evident enigszins
raar zou zijn: VU medewerker richt zich tot VU medewerker), (b) zodat er
een link ontstaat t.a.v. het CPB, dat misschien wel blij is met een aanleiding
om mij te ontslaan.
-
In 1997 kom ik Den Butter weer tegen.
De directie van het CPB heeft een internationale commissie van wetenschappers
onder leiding van prof. dr. A. Barten uit Leuven gevraagd het CPB 'te visiteren'.
In die periode is er ook een reunie van CPB-ers, in het kader van het 50-jarig
bestaan van het bureau, en ik ontmoet Barten daar. Ik leg hem het probleem
voor, en hij nodigt mij uit om te komen naar het spreekuur dat de commissie
speciaal voor individuele medewerkers heeft ingesteld. Aldus geschiedt.
Ik vervoeg mij voor dat uur op het Promenadehotel in Den Haag, en zie daar
... Den Butter, die het enige Nederlandse lid van de commissie blijkt.
Ik ben blij met de gelegenheid die ik heb gehad om het probleem van
de breidel van de wetenschap door de directie van het CPB aan de commissie
voor te leggen. Ik adviseer ook dat Den Butter zich terugtrekt, gezien
zijn betrokkenheid bij het probleem in het verleden. Den Butter blijft
aan, en de commissie besluit dat de kwestie 'oud' is - terwijl nog steeds
zaken voorliggen bij de rechter, en de minister onlangs in 1998 nog besluit
t.a.v. mijn verplaatsing !! In het verslag van de commissie wordt genoemd
met wie men gesproken heeft, maar mijn naam staat er niet bij, mogelijk
ter bewaring van de vertrouwelijkheid van het spreekuur.
-
In 1998 is Den Butter een invloedrijk persoon: zowel lid van de Wetenschappelijke
Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) als voorzitter van de Koninklijke Vereniging
voor de Staathuishoudkunde (KVS). Niet zonder humor: Op de laatste jaarvergadering
van de KVS was niet aangekondigd dat Den Butter kandidaat was voor de opvolging
van Knoester, dat was een complete verrassing. Ik was niet aanwezig, en
zou, als ik ervan gehoord had, een woord van protest hebben laten horen.
Den Butter lijkt me geen betrouwbaar wetenschapper.
This
is a Net Conscience Page, version 1998-02-10, by Thomas
Cool.