Joost Niemöller en het ImmigratietaboeJoost Niemöller’s boek Het Immigratietaboe. 10 wetenschappers over de feiten verschijnt 24 mei bij Uitgeverij Van Praag. Bij Knevel & Van den Brink op 23 mei wordt erover gesproken op minuten 24:30 tot 39, met een korte introductie op minuut 1:30. Niemöller heeft ook gesproken (minuut 29) met Hans Roodenburg, de hoofdonderzoeker op het Centraal Planbureau van het rapport uit 2003, inmiddels gepensioneerd. Eerder heb ik op Frontaal Naakt in het stukje Censuur in de kaartenkamer (2006) uitgelegd dat Roodenburg mijn afdelingshoofd was in 1990. Na eerst een voorstel tot een dubbele periodiek volgens het referentiepad vertelde hij dat een notitie van me bij de directie slecht gevallen was en dat ik die beter niet had kunnen schrijven. Daarna is hij over mijn functioneren gaan draaien en onwaarheden gaan vertellen, ook over het contact met de allochtonen op de afdeling. Hoe het allemaal precies zit ? Misschien kan een parlementaire enquête uitkomst bieden waarin personen tenslotte onder ede gehoord kunnen worden. Het grootste probleem in Nederland is denkelijk niet die immigratie maar hoe we omgaan met wetenschappelijk onderbouwde inzichten die wellicht onwelgevallig zijn.Zelf heb ik nu het nieuwe boek Democratie & Staathuishoudkunde (mei 2012) laten verschijnen. Daarin heb ik Censuur in de kaartenkamer weer afgedrukt plus een Addendum 2012 dat ik hieronder opneem. Bij Knevel & Van den Brink heb ik niets gehoord wat ik niet al wist dus ik denk dat ik het boek niet hoef te kopen maar wellicht heeft u er iets aan. Ongetwijfeld gaan de ‘wetenschappers’ voorbij aan mijn analyse dus er zullen wel veel manco’s zijn. Zo stelde Niemöller dat er ‘geen oplossing’ zou zijn. Dat is onjuist. De oplossing is dat de andere landen ook tot ontwikkeling komen zodanig dat mensen geen aanleiding hebben te gaan migreren, behalve een natuurlijke Wanderlust. Dit sluit aan bij de analyse van Nobelprijswinnaar Jan Tinbergen. Tegen minuut 38 maakt Niemöller nog wel een opmerking over fabrieken in Turkije maar dit staat blijkbaar niet in het boek, en het is de vraag of hij een consistente theorie heeft hoe zoiets op wereldschaal kan zonder bijvoorbeeld neoliberale globalisering. Triest is wel de conclusie dat Joost Niemöller (a) ofwel Frontaal Naakt niet leest, (b) ofwel mij niet als wetenschapper beschouwt, (c) ofwel denkt dat ik niet gehoord hoef te worden over migratie omdat ik wel over werkloosheid en armoede schrijf maar dat dit onvoldoende met migratie te maken heeft, (d) ofwel andere redenen, zoals dat je niet moet schrijven over zaken die echt taboe zijn. Thomas Colignatus is econometrist en leraar wiskunde te Scheveningen. In mei heeft hij deze boeken naar een printing on demand internet-uitgever toegeleid: Democratie & Staathuishoudkunde, Een kind wil aardige en geen gemene getallen, Laat D66 zich opheffen en Zonder Professoren. Hij wenst Nederland veel leesplezier en goede verkiezingen in september toe. Addendum 2012: geen antwoord gehad op dit email: Date: Sat, 09 Jul 2011
Geachte heer Van de Beek,
PM: Het gaat om dit proefschrift:
Abstract van dit proefschrift: "Toen de PVV medio 2009 Kamervragen stelde over de kosten en baten van immigratie leidde dat tot veel verontwaardiging. De economische effecten van immigratie vormen kennelijk een gevoelig onderwerp. Jan van de Beek verklaart waarom in Nederland ? immigratieland bij uitstek ? wetenschappelijk onderzoek naar de economische effecten van immigratie lange tijd nagenoeg ontbrak. Ook beschrijft hij het onderzoek dat sinds 1960 wél gedaan is. Van de Beek stelt dat de werkgeverskabinetten in de jaren zestig weinig behoefte hadden aan economisch onderzoek naar gastarbeid. Onder druk van de linkse emancipatiebeweging maakte het CPB in 1972 toch een kosten-batenanalyse. Tijdens het kabinet Den Uyl verschoof de aandacht naar de samenhang tussen ontwikkelingssamenwerking en remigratie van gastarbeiders. Vanaf eind jaren zeventig kwam de programmering van wetenschappelijk onderzoek onder invloed van overheid en minderhedenonderzoek. Een economische visie ontbrak volgens Van de Beek en migratie-economisch onderzoek werd not done, onder meer uit angst extreemrechts in de kaart te spelen. Vanwege een taboe op ‘etnische data’ ontbraken ook de benodigde statistische gegevens. Vanaf eind jaren tachtig gaven een crisis in verzorgingsstaat en overheidsfinanciën het economisch potentieel van immigranten meer gewicht en werden er een aantal ? vaak politiek geïnspireerde ? kosten-batenanalyses uitgevoerd. Rond de eeuwwisseling kwam er meer onderzoek, onder meer omdat ook ‘beleidseconomen’ ? in het bijzonder die van het CPB ? zich steeds sterker gingen oriënteren op de internationale literatuur, er meer statistische gegevens beschikbaar kwamen en het politieke klimaat omsloeg." |