Thomas Cool, 11 en 16 juni
2010
Ik hou van science fiction, vooral van de sociologische variant en niet alleen Asimov met de Foundation maar ook alternate history. Wat zou er gebeurd zijn wanneer Troje niet gevallen was ? Wat wanneer de Armada niet door een storm was getroffen ? Zulke verhalen stimuleren de fantasie en laten je over geschiedenis en toeval nadenken.
Het startpunt is nu het boek van Cor Trompetter, "Eén grote familie. Doopsgezinde elites in de Friese Zuidwesthoek 1600-1850".
Rond 1753 op de Donia
State te Burgwerd bij Bolsward zorgt de 18-jarige Dieuwke
Mesdag voor haar 13-jarige neef en stiefbroer Wopko en hun pasgeboren
broertje Taco. Weinig weet zij van de kunstzinnige en sociaal-democratische
woelingen die het zal veroorzaken. Taco wordt de stamvader van Hendrik
Willem en Taco Mesdag van de Haagse School in de schilderkunst. Wopko wordt
de "Patriot van Bolsward" en heeft als nazaat Franc
van der Goes, die door W.H. Vliegen de geestelijk vader van de S.D.A.P.
wordt genoemd, de voorloper van de PvdA. Zelf trouwt Dieuwke met dominee
Thomas Menalda en hun dochter Ymke weer met handelaar Gerrit Cool in Groningen,
de overgrootvader van de kunstschilder Thomas Cool (1851-1904) die weer
mijn overgrootvader is. Wanneer in 1990 meer ruimte was geweest voor mijn
analyse over de werkloosheid en advies tot een parlementaire enquête
dan waren Pim Fortuyn en Theo van Gogh waarschijnlijk niet vermoord. Als
nazaat van Dieuwke 250 jaar later is mijn geestelijk vaderlijk advies die
PvdA maar weer op te heffen - en zo'n verdeeldheid in de familie lijkt
me geen goede politieke basis.
Tentoonstelling
Overgrootvader Thomas Cool (1851-1904) heeft nu een tentoonstelling in het Pier Pander Museum in Leeuwarden van 5 juni tot 26 september 2010, en het is een wereldsensatie. Het boek over de tentoonstelling is hier te vinden. Een wereldsensatie, ook al weet de wereld er weinig van - het blijft alternate history. Overgrootvader is vergeten geraakt. In zijn eigen tijd was er soms lof maar anderen schreven hem de grond in. Voor het oog van de wereld heeft overgrootvader het nog niet gered. Van het werk is maar een klein deel bewaard, en dan in de familie, maar ook in de familie wordt over hem vooral gezwegen.
Overgrootvader toonde talent, ging naar de kunstacademie in Antwerpen maar kwam daarna voor de kost te werken in het bedrijf van zijn vader. Het bedrijf won prijzen in Parijs en Philadelphia, maar hij worstelde zich los, ging met zijn gezin naar Rome, en schilderde uiteindelijk de Nachtwacht van het impressionisme, het schilderij Colosseum bij maanlicht.
Overgrootvader's werk heeft
een heel eigen positie tussen zijn inspiratie Rembrandt van Rijn en zijn
tijdgenoot Vincent van Gogh die hij denkelijk niet kende. Hij kon heel
scherp tekenen (zoon en drie kleinzonen werden ingenieur, exacte aanleg
is er voldoende) maar hij koos juist voor het vangen van de emotie, opgeroepen
door licht en ruimte, en zijn schilderijen hebben zo een dromerige kwaliteit.
In zijn eigen woorden: "Rembrandt heeft ons door zijn werk de oogen geopend
voor ‘t geen schilderachtig is. Hij leert ons wat zijn licht-
en bruineffecten zijn. Ik ga verder, voor mij zijn het phenomena in de
natuur en het dramatisch sentiment waarmede ik de dingen zie."
"Colosseum bij maanlicht", circa 1890, Thomas Cool (1851-1904).
Ik heb gemengde gevoelens over tentoonstelling en boek. Het Colosseum hangt daar in het museum in een kamer van vier bij vier meter, kleiner dan de helft van mijn eigen woonkamer waar het normaliter hangt – en het grote doek heeft juist ruimte nodig. In de tentoonstelling ontbreken de aquarellen, terwijl dat prachtige werk juist verduidelijkt dat overgrootvader heel precies kon werken zodat het dromerige in de olieverven een bewuste keuze is. Het boek opent met een beschrijving van de familie en de moeilijkheden om de schilderijen ergens onder te brengen, dus stof voor een bijlage, en komt pas in het tweede deel ter zake over het schilderwerk zelf. De bespreking van de kunst is onvolledig, de kritieken ontbreken, terwijl je die juist wilt lezen om na te gaan wat de weerstand was. Met deze beperkingen blijven tentoonstelling en boek toch fraai en iets om dankbaar voor te zijn.
Het lijkt me essentieel dat er een wetenschappelijke uitgave komt. Tentoonstelling en boek zijn cruciaal als opstap naar zo’n uitgave. Laat de wereld van kunst, literatuur en wetenschap er kennis van nemen en de tentoonstelling benutten om de werken bijeen te zien omdat ze juist gezamenlijk de grootste impact hebben. Ik pleit ervoor dat het Van Gogh Museum de resterende werken in de permanente tentoonstelling opneemt zodat zij de harten en verbeelding kunnen gaan veroveren.
Sporen in de literatuur
Louis Couperus in Langs
lijnen van geleidelijkheid
schept de schilder Duco van der Staal, klaarblijkelijk
geïnspireerd op mijn overgrootvader (DBNL).
Couperus verzint een affaire met overspel en verdiept zich niet in de psychologie
van de echte kunstenaar. De schilderkunst komt bij Couperus niet tot zijn
recht en het is ook maar de vraag hoe Couperus dacht over Van Gogh. Het
is vertaald in het Engels en het Chinees.
Enkele pagina's uit Willem
Winters (2010),
"Thomas Cool (1851-1904).
Een Friesch schilder", Uitgeverij
Perio
Maurits Wagenvoort vond overgrootvader een groot kunstenaar, heeft uitvoerig over hem geschreven en verdedigde dit ook bij de laatste tentoonstelling in 1930, in tegenstelling tot Couperus die wegfladderde naar nieuwe bloemen en nieuwe honing. Op Rond 1900 staat een opmerkelijke hedendaagse waardering voor Wagenvoort.
Dochter Tine
Cool (1887-1944) schreef het jeugdboek Wij
met ons vijven in Rome dat rond 1930 een eerste prijs voor meisjesboeken
won, met jury Anna van Gogh-Kaulbach, Top Naeff en J.P. Zoomers-Vermeer.
Ikzelf heb geen zicht op meidenboeken maar bij lezing, waar ik pas afgelopen
jaar aan toekwam, kon ik me mooie film voorstellen. Stel je voor, Rome
in 1890. De spanning laat zich voelen bij de keuze tussen de kunst en de
terugkeer naar Friesland wegens die ziekte van de lieve dochter.
It runs in the family
Ik zag graag veel ruimte
voor overgrootvader zodat zijn werk eindelijk de vleugels kan uitslaan.
Wie op internet op zijn naam zoekt komt echter ook mij tegen. Ook mijn
werk kan enige ruimte gebruiken. Overgrootvader in de kunst en achterkleinzoon
in de wetenschap, verschillende domeinen, maar toch. De associatie is snel
gelegd. Overgrootvader met moeilijke schilderijen, negatieve kritieken,
aspiraties die niet lijken waargemaakt. Achterkleinzoon met moeilijke teksten,
negatieve kritieken, aspiraties die niet lijken waargemaakt. It runs
in the family, blijkbaar, en in China kun je de last dragen tot in
de zevende generatie. Wie zo wil denken moet dat vooral doen. Wellicht
dat overgrootvader en ik tegelijk tenonder gaan in zo’n wereld
maar misschien kunnen we tegelijk de ruimte krijgen in een betere. Mijn
wetenschappelijke bijdragen heb ik geformuleerd in onweerlegbare wiskunde,
dat helpt. Overgrootvader gebruikt zijn eigen beeldtaal in de wereld van
smaak en kunst, en maakt het zich zo veel moeilijker. Voor wie er open
voor staat wil ik met dit artikel toelichten dat er inderdaad iets gemeenschappelijks
is maar dan juist in het evenwicht van realisme, verbeeldingskracht, intuitie
en het aanvoelen waar het om gaat.
Thomas Cool schrijft science
fiction onder de naam
Acapulco
Jones. Wetenschappelijk werk is verschenen onder de naam Colignatus.
Voor wie het niet begrijpt: dit artikel is met grote humor geschreven.
Het artikel is natuurlijk wel serieus over de kwesties die ertoe doen.
Er is een langere versie van dit artikel, een verslag van mijn
ontdekkingen. Zie hier voor meer werken
van de schilder.